Hoeveel tijd heb je voor jezelf bij thuisonderwijs?

Een vraag die veel gesteld wordt door mensen die thuisonderwijs overwegen is: heb ik dan nog wel tijd voor mezelf?

Het idee dat je kind als het 4 jaar geworden is, een paar uur per dag onder de pannen is, kan heerlijk bevrijdend voelen als je het nu met je baby en peuter zo druk hebt.

Toch snap ik zelf de vraag nooit helemaal, omdat ik het leven geloof ik een beetje anders zie. Misschien kan die mindset-shift (= alle tijd is jouw tijd) jou ook helpen. Ik leg ‘m even uit:

Alle tijd is mijn tijd

Al mijn tijd is voor mezelf, alle tijd is mijn tijd. Ik zou niet weten hoe ik tijd zónder mezelf zou moeten doorbrengen. De tijd mét mijn kinderen is dus ook míjn tijd.

Ik maak(te) immers keuzes hoe ik mijn leven inricht en mijn kinderen zijn daar een heel bewust onderdeel van, waar ik heel dankbaar voor ben en me heel gezegend mee voel.

Ik denk dat zolang je kinderen als een jammerlijke afbreuk of inbreuk ziet op ‘tijd voor jezelf’, dat je onwijs veel mist.

Hoe kun jij je tijd mét je kinderen, zó benutten, dat ‘ie van jezelf voelt?

Voor mij is dat, bijvoorbeeld, door heel bewust op zoek te gaan naar glimmers: een soort tegenovergestelde triggers zijn dat. Het zijn de schitterende, kleine momentjes in je dag waar je ultiem gelukkig mee kunt zijn. Ook ten midden van de zoveelste Duplotoren en Legotrein en poepluier zijn er zoveel prachtige momenten in het leven met mijn kinderen. Door die glimmers zijn ook de saaie-sleur-dagen hélemaal van mij.

Ook probeer ik de kinderen zo af te richten op te voeden dat ze me af en toe een half uurtje m’n ding laten doen. Ik kader dat heel bewust van te voren in: “Mama gaat nu even een half uurtje [tijd voor mezelf: lezen/haken/etc]: hebben jullie nu nog iets van mij nodig voor dat ik dat kan doen? Als de grote wijzer [een halfuur vanaf nu] staat, ga ik samen met jullie [boekje lezen/speeltuin/koekjes bakken]”. Door duidelijk aan te geven wat ik van hen verwacht, kan ik hen daar als ze me ‘storen’ ook altijd goed op terug wijzen. Natúúrlijk lukt dat met de jongste van nu anderhalf niet zo goed, en natúúrlijk vragen de oudste drie regelmatig nog iets als het ‘mijn tijd’ is. Vaak plan ik dat halfuurtje als de jongste ligt te slapen en vraag ik de oudsten of ze het ook zelf of met elkaar kunnen oplossen.

Ik hoop deze habit uit te kunnen bouwen naar mate de kinderen groter zijn, met ietsje meer dan een half uurtje, maar dat halfuurtje ‘pauze’ laad ik onwijs van op, zelfs al zit ik dan midden tussen de Legotreinen en Duplotorens met mijn haakwerk of boek 🙂

Tijd zonder de kinderen

Natuurlijk zie ik ook echt voordelen aan tijd in je uppie. Het is praktisch om tijd alleen te hebben omdat je dan bijvoorbeeld afspraken met vrienden kunt maken waarbij je gewoon vrij kunt spreken zonder meeluisterende oortjes, of het is praktisch voor afspraken met artsen of therapeuten.

Ook kan het gewoonweg heerlijk zijn om een paar uur in je eentje spannende televisieseries te kijken, een ononderbroken telefoongesprek te kunnen voeren, eindelijk eens wárme koffie te drinken of naar dat ene leuke winkeltje te gaan waar zoveel breekbare spullen staan.

Daar heb je, in mijn ogen, alleen géén school voor nodig. Je hebt opvang nodig, een oppas, de andere ouder, een speelmaatje waar je kind naar toe kan: maar niet uitsluitend een schoolinschrijving.

Twijfels over thuisonderwijs

Je kunt natuurlijk allerlei twijfels hebben over of thuisonderwijs bij je past. Zo kun je willen weten hoe je voor inkomen zorgt als je thuisonderwijs geeft, hoeveel tijd thuisonderwijs eigenlijk kost, of je de materialen enzo wel kunt betalen, welke stroming je dan wel niet moet kiezen en zo nog honderd vragen.

Ik snap die vragen, ik had ze ook.

Maar met veel lezen (klik op de links in bovenstaande paragraaf om vast een start te maken), veel praten met anderen (stuur me gerust een email) en vooral veel vóelen bij mezelf over wat ik nou eigenlijk écht wilde voor mijn kinderen (binnen het overkoepelende kader van mijn levensovertuiging), bleek dat voor alle twijfels een antwoord was. Soms was dat antwoord: “We gaan gewoon ons best doen” en ik denk dat dat een prima houding is om mee te starten.

De weg van thuisonderwijs naar school is immers mogelijk. De weg van school naar thuisonderwijs is (nagenoeg) onmogelijk.

School als goedkoopste oppas

Als ’tijd voor jezelf’ de beste reden is om je kind naar school te ‘doen’, kun je je afvragen waar je nu eigenlijk voor kiest. Wees even héél eerlijk naar jezelf als je hier over nadenkt.

School lijkt mij namelijk veel méér dan louter de goedkoopste structurele oppas van ons land.

De (basis)school die je kiest is immers zeer bepalend voor de vorming van je kind. Binnen de Nederlandse wet “kies” je alleen voor thuisonderwijs als er geen school op redelijke afstand van je woonadres is die NIET overwegend bezwaarlijk botst met jouw levensovertuiging. Als er van jouw levensovertuiging geen school is op redelijke afstand van je woonadres en je daarnaast/daarbij zwaarwegende levensovertuigelijke (!) richtingsbezwaren hebt tegen de scholen die er wél zijn, kun je, onder bepaalde voorwaarden zoals dat je kind niet ingeschreven stond in het jaar voor hij/zij 5 jaar oud werd, vrijstelling krijgen.

Je kunt géén vrijstelling krijgen als je bezwaren alleen maar zijn: de klassen zijn te groot, de dagen duren te lang, de kinderen zitten teveel stil binnen, de juffen krijgen te weinig betaald. Dat worden INrichtingsbezwaren genoemd en ondanks dat bijna elke ouder die wel heeft, zijn ze niet geldig als reden om thuisonderwijs te geven.

Je kunt wél bij jezelf nagaan, als je al een aantal zwaarwegende levensbeschouwelijke bezwaren hebt, of school dan nog de beste opvang is voor je kind, of alleen de goedkoopste…

Alternatieve manieren van opvang

Tijd voor jezelf is gelukkig ook op andere manieren te regelen dan door je kind 14 jaar lang verplicht naar school te laten gaan.

1. Uren verdelen

Als je een partner hebt, kun je kijken hoe jij en je partner de uren die je vrij wilt hebben, samen kunnen verdelen. Ga samen zitten en wees eerlijk over je behoefte aan tijd voor jezelf. Bedenken/voel in hoeveel tijd dat per week/maand zou moeten zijn en pak de agenda. Dingen die gepland worden gebeuren (misschien), dingen die niet gepland worden verdwijnen vaak sowieso in de waan van elke dag. Het voelt niet zo gezellig misschien om de zaterdag op te knippen in tijd voor jou-tijd voor mij, maar als je daardoor de broodnodige tijd voor jezelf kunt claimen, ben je vast ook een leukere partner en ouder.

Als je geen partner meer hebt maar de andere ouder wél nog betrokken is in het leven van je kinderen, kun je wellicht de dagen/weekenden dat je kind(eren) bij de andere ouder zijn, extra gebruiken voor tijd voor jezelf.

2. Kinderopvang in verschillende vormen

Je hebt als thuisonderwijsgevende ouder ontzettend veel opties om tijd voor jezelf in te richten. Fijn om te weten is dat je ook gewoon recht op kinderopvangtoeslag, ook voor de uren dat een kind ‘normaal’ op school zou zitten. Je kunt je kind dus naar een gastouder of kinderopvang brengen, met vergoeding van de Rijksoverheid.

Een rijtje mogelijkheden:

  1. Au pair: wellicht heb je een kamer vrij en kun je een au pair inhuren. Een au pair kost circa 500 euro per maand voor 30 uur oppas per week en doet daarnaast vaak ook lichte huishoudelijke taken. Bovendien kan je kind dan nog een andere taal leren: win-win als je het mij vraagt. Ik heb geen persoonlijke ervaring met een au pair overigens, ons huis is met 4 kinderen, twee katten en twee thuiswerkplekken al behoorlijk vol 🙂
  2. Gastouderopvang: we hebben wél veel ervaring met gastouderopvang. Toen de kinderen kleiner waren (de oudste jonger dan 6 jaar), gingen ze naar een gastouder in onze stad toe. Vaak zijn gastouderlocaties echter niet ingericht/ingesteld op oudere kinderen en kán het saai zijn voor je kind om de hele dag ’tussen de baby’s’ te moeten vertoeven.
  3. Gastouder aan huis (nanny genoemd): daarom hebben we sindsdien (wisselende…) gastouders aan huis. Met ook wisselende tevredenheid. Het super fijne aan een gastouder in huis is dat de kinderen gewoon al hun hobbies, sportclubs, speelafspraakjes en dergelijken door kunnen laten gaan en in hun eigen veilige omgeving zitten. Je hebt ook geen tijdsverlies door het halen en brengen en hebt zelf veel zeggenschap over wat de gastouder met jouw kinderen kan ondernemen, wat de kinderen eten, waar ze mee spelen, etc. Het nadeel is dat bij ziekte, zwangerschap, of andere onverwachte omstandigheden, je zonder opvang zit. Vervangende opvang regelen kan, maar duurt vaak lang, doordat je huis gekeurd moet worden en daar allerlei wachtweken bij gemeente en GGD aan voorafgaan. Ook het geregel van de keuring in je huis kan een nadeel zijn van een gastouder in huis. Sommige ouders en kinderen vinden het bovendien lastig om bij de gastouder te zijn als mama of papa ook thuis is, dus dan kun je je, in je ‘eigen tijd’ niet welkom voelen in je eigen huis. Allemaal zaken om rekening mee te houden.
  4. Clubjes en verenigingen: als je kind op scouting, zwemles, knutselclub of andere vormen van sociale activiteiten zit, (wat ik je ten zeerste kan aanbevelen als je thuisonderwijs geeft voor de sociale ontwikkeling en het maken van vriendjes), kun je die uren dat je kind onder de pannen is, ook gebruiken als tijd voor jezelf. Soms ben je meer aan het halen/brengen/taxichaffeur spelen dan dat het echt tijd oplevert, maar hier kun je creatief in zijn. Ik heb tijdens de zwemles van de oudste bijvoorbeeld structureel een heerlijke wandeling gemaakt met luisterboek aan. Lukte dan toch mooi twee keer per week om 45 min voor mezelf te hebben! Hierbij geldt wel dat dit moeilijker wordt naar mate je meerdere kinderen hebt, omdat ze vaak niet allemaal tegelijkertijd hetzelfde willen/mogen ondernemen.

3. Uitwisselen met andere (thuisonderwijs)ouders

Naast deze structurele manieren om tijd voor jezelf te ‘kopen’, kun je ook een ‘gewone’ oppas proberen te zoeken voor af en toe, of familieleden lief aan kijken als dat bij je past. Met familieleden kun je eventueel ook uitruilen: jij op je neefjes en nichtjes passen, zij op jouw kinderen passen, één weekend(dag) per maand. Hebben je kinderen meteen meer contact met familieleden én heb jij af en toe tijd voor jezelf (en af en toe een lekker vol huis). Dit kan uiteraard ook met je beste vriendin, je buurvrouw of iemand anders die je kent 🙂

Als je kind vriendjes maakt (jippie!) kun je die speelafspraakjes ook gebruiken als tijd voor jezelf. Nét een andere categorie dan hierboven, omdat je de vriendschap van je kind leidend laat zijn in plaats van jouw eigen relatie met de andere ouder. Vaak voelen zelfs de speelafspraakjes bij ons thuis als tijd zónder kinderen, gek genoeg, omdat ze elkaar dan goed vermaken en ik veel meer mijn handen vrij heb dan wanneer er géén vriendjes zijn. Zes kinderen zou méér werk moeten zijn dan vier, maar vaak krijg ik méér bladzijden gelezen, was weggevouwen of andere taakjes gedaan mét vriendjes over de vloer dan zonder. Grappig, toch?

Andere thuisonderwijzers zijn een laatste doelgroep met wie je zou kunnen kijken naar opvang. Andere thuisonderwijsgevende ouders snappen als geen ander dat je dagen gevuld zijn met je kinderen en dat je soms snakt naar wat uren tijd voor jezelf. Bovendien hebben die andere ouders ook overdag ’tijd’ voor jouw kind, waardoor je niet vast zit aan de uren na schooltijd of in het weekend.

Gerustgesteld?

Ik ben heel benieuwd of je na het lezen van deze (lange!) blogpost een beetje gerustgesteld bent over tijd voor jezelf bij thuisonderwijs. Laat je weten in de reacties wat je ervan vindt?

Plaats een reactie